Smient

Nederlandse naam
Smient
Wetenschappelijke naam
Anas penelope
Profiel
Niet-broedvogel
EU Code
A050
Richtlijn
Vogelrichtlijn, artikel 4.2
Deze tabel laat de Vogelrichtlijngebieden zien met een instandhoudingsdoelstelling voor de Smient als niet-broedvogel. U ziet per gebied:
  • de provincies waarin het gebied ligt;
  • de functie van het gebied (f=foerageren, s=slapen);
  • de huidige instandhoudingsdoelstelling (doel).
Meer informatie over de status, aantallen en trends vindt u op de gebiedspagina van Sovon.
Gebied Provincie Status doel Populatie Populatie waarde Instandhoudingsdoelstelling Omvang leefgebied Kwaliteit leefgebied Relatieve bijdrage Kernopgaven
Abtskolk & De Putten Noord-Holland definitief 1600 gemiddelde Slaap- en rustplaats = =
Alde Feanen Fryslân definitief 2700 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = (<) = C 4.11,W
Arkemheen Gelderland definitief 850 gemiddelde Foerageergebied = = C
Biesbosch Noord-Brabant, Zuid-Holland definitief 3300 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Boezems Kinderdijk Zuid-Holland definitief 3700 maximum Slaap- en rustplaats en foerageergebied = =
Broekvelden, Vettenbroek & Polder Stein Zuid-Holland definitief 7500 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1 4.11,W
De Wieden Flevoland, Overijssel definitief 500 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.11,W
De Wilck Zuid-Holland definitief 2100 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.11,W
Deelen Fryslân definitief 1700 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Eemmeer & Gooimeer Zuidoever Flevoland, Noord-Holland, Utrecht definitief 4900 gemiddelde Slaap- en rustplaats = = C
Eilandspolder Noord-Holland definitief 7000 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1 4.11,W
Grevelingen Zeeland, Zuid-Holland definitief 4500 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Groote Wielen Fryslân definitief 1300 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.11
Haringvliet Zuid-Holland definitief 8900 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1
Hollands Diep Noord-Brabant, Zuid-Holland definitief 540 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
IJsselmeer Flevoland, Fryslân, Noord-Holland definitief 10300 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1 4.04,W
Ilperveld, Varkensland, Oostzanerveld & Twiske Noord-Holland definitief 6400 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1 4.11,W
Krammer-Volkerak Noord-Brabant, Zeeland, Zuid-Holland ontwerp 2500 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Lauwersmeer Fryslân, Groningen definitief 1600 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.04
Leekstermeergebied Drenthe, Groningen definitief 640 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.11,W
Markermeer & IJmeer Flevoland, Noord-Holland definitief 15600 gemiddelde Slaap- en rustplaats = = B1
Markiezaat Noord-Brabant, Zeeland definitief 1600 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 1.12
Nieuwkoopse Plassen & De Haeck Utrecht, Zuid-Holland definitief 3500 maximum Slaap- en rustplaats en foerageergebied = =
Oostelijke Vechtplassen Noord-Holland, Utrecht definitief 2800 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Oosterschelde Zeeland definitief 12000 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1
Oostvaardersplassen Flevoland definitief 2100 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.07,W
Oudegaasterbrekken, Fluessen en omgeving Fryslân definitief 2700 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.07,SB,W
Oudeland van Strijen Zuid-Holland definitief 1100 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.07
Polder Zeevang Noord-Holland definitief 12400 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1 4.11,W
Rijntakken Gelderland, Overijssel, Utrecht definitief 17900 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B2 3.10, 3.12,W
Sneekermeergebied Fryslân definitief 5900 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1 4.11,W
Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht Overijssel definitief 570 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = (<) = C
Van Oordt's Mersken Fryslân definitief 6400 gemiddeld Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1
Veerse Meer Zeeland definitief 4000 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Veluwerandmeren Flevoland, Gelderland, Overijssel definitief 3500 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Voordelta Zeeland, Zuid-Holland, Noordzee definitief 380 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Waddenzee Fryslân, Groningen, Noord-Holland definitief 33100 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B2
Westerschelde & Saeftinghe Zeeland definitief 16600 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B2
Witte en Zwarte Brekken Fryslân definitief 1100 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 4.11,W
Wormer- en Jisperveld & Kalverpolder Noord-Holland definitief 5800 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = B1 4.11,W
Yerseke en Kapelse Moer Zeeland definitief 410 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C
Zoommeer Noord-Brabant, Zeeland ontwerp 800 gemiddelde Slaap- en rustplaats en foerageergebied = = C 1.12
Zuidlaardermeergebied Drenthe, Groningen definitief 2700 gemiddelde Slaap- en rustplaats = = C 4.11,W
Zwarte meer Flevoland, Overijssel definitief 1300 gemiddelde Slaap- en rustplaats = = C
Voor een overzicht van belangrijke gebieden, ook zonder instandhoudingsdoelstelling, kunt u de bouwstenen bekijken. Deze bouwstenen zijn opgesteld voor de actualisatie van het Natura 2000-doelendocument (zie bronnenlijst profiel: Sovon 2024a en b). In 2025 is een geactualiseerd overzicht van gebieden verschenen. Hierin staan (inter)nationaal belangrijke concentraties van vogels. U vindt het overzicht in het rapport ‘Geactualiseerd landelijk overzicht van vogelsoorten met concentraties van (inter)nationaal belang’ (zie bronnenlijst profiel: Vogel et al. (2024)).
habitattypen-habitattype

Code en naam van het habitattype. Een * staat voor een prioritair habitattype.

habitattypen-habitatsubtype

Naam van het subtype van het habitattype (indien van toepassing)

habitattypen-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit, ontwerp-aanwijzingsbesluit of alleen aangemeld bij de Europese Commissie

habitattypen-oppervlakte

Instandhoudingsdoel voor oppervlakte habitattype in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde;
  • > (<) uitbreiding oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van andere in besluit met name genoemde waarde;
habitattypen-kwaliteit

Instandhoudingsdoel voor kwaliteit van het habitattype in het gebied:

  • = behoud kwaliteit;
  • > verbetering kwaliteit
habitattypen-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar oppervlakte van het habitattype: oppervlakte in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke oppervlakte:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
habitattypen-kernopgave

Zie de: kernopgaven

habitatsoorten-soort

Code en naam van de soort. Een * staat voor een prioritaire soort.

habitatsoorten-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit, ontwerp-aanwijzingsbesluit of alleen aangemeld bij de Europese Commissie

habitatsoorten-populatie

Instandhoudingsdoelstelling voor de populatie in het gebied:

  • = Behoud populatie;
  • > Uitbreiding populatie;
  • + Vestiging populatie
habitatsoorten-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • + ontwikkeling nieuw leefgebied;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
habitatsoorten-kwaliteit-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied;
  • + ontwikkeling nieuw leefgebied
habitatsoorten-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
habitatsoorten-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

broedvogels-soort

Code en naam van de vogelsoort waarvoor een broedgebied is aangewezen

broedvogels-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit of ontwerp-aanwijzingsbesluit

broedvogels-aantal-broedparen

Instandhoudingsdoelstelling voor populatie in het gebied: langjarige gemiddelde van het aantal broedparen.
Een sterretje bij het aantal duidt op een regionaal doel: dit doel geldt voor meerdere gebieden. Zie het aanwijzingsbesluit voor meer toelichting.

broedvogels-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
broedvogels-kwaliteit-leefgebied

'Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied
broedvogels-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

A4: >75%;
A3: 50-75%;
A2: 30-50%;
A1: 15-30%;
B2: 6-15%;
B1: 2-6%;
C: <2%

broedvogels-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

niet-broedvogels-soort

Code en naam van de vogelsoort waarvoor een overwinterings- of doortrekgebied is aangewezen

niet-broedvogels-status-doel

Opgenomen in een definitief aanwijzingsbesluit of ontwerp-aanwijzingsbesluit

niet-broedvogels-populatie

Instandhoudingsdoelstelling voor populatie in het gebied: langjarige gemiddelde van het aantal overwinterende of doortrekkende individuen

niet-broedvogels-populatie-waarde

Het aantal voor de instandhoudingsdoelstelling in de vorige kolom betreft het gemiddelde seizoensmaximum (gemiddelde van de maximale aantallen die in een periode van meerdere jaren zijn geteld, meestal in januari) of het gemiddelde seizoensgemiddelde (per jaar wordt een gemiddelde berekend over de gehele verblijfsperiode, dát wordt vervolgens gemiddeld over meerdere jaren)

niet-broedvogels-instandhoudingsdoelstelling

Toelichting van de belangrijkste functie van het gebied voor de soort: slaapplaats, rustgebied en/of foerageergebied

niet-broedvogels-omvang-leefgebied

Instandhoudingsdoel voor omvang leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud;
  • > uitbreiding;
  • = (<) behoud oppervlakte, maar mag achteruit gaan ten gunste van een andere in besluit met name genoemde waarde
niet-broedvogels-kwaliteit-leefgebied

'Instandhoudingsdoel voor kwaliteit leefgebied van de soort in het gebied:

  • = behoud kwaliteit leefgebied;
  • > verbetering kwaliteit leefgebied
niet-broedvogels-relatieve-bijdrage

Betekenis van het gebied, naar omvang populatie van de soort: populatie in het onderhavige gebied uitgedrukt als percentage van de landelijke populatie:

  • A4: >75%;
  • A3: 50-75%;
  • A2: 30-50%;
  • A1: 15-30%;
  • B2: 6-15%;
  • B1: 2-6%;
  • C: <2%
niet-broedvogels-kernopgaven

Zie de: kernopgaven

broedvogels-gebied

Naam van het Vogelrichtlijngebied met een of meerdere instandhoudingsdoelen voor de soort.

broedvogels-provincie

De provincie(s) waarin het gebied ligt, op alfabetische volgorde. Ligt een gebied (deels) op de Noordzee, dan staat ook de Noordzee vermeld.

niet-broedvogels-gebied

Naam van het Vogelrichtlijngebied met een of meerdere instandhoudingsdoelen voor de soort.

niet-broedvogels-provincie

De provincie(s) waarin het gebied ligt, op alfabetische volgorde. Ligt een gebied (deels) op de Noordzee, dan staat ook de Noordzee vermeld.

Terug naar boven